Vuurwerk

Van 2015 tot juli 2020 schreef ik columns voor het Brabants Dagblad. Diverse van deze columns zijn terug te lezen op deze website.

column

Vuurwerk

Al dagen wil ze niet mee naar buiten. Onze hond. Waar ze altijd naar de achterdeur vloog, als wij het woord ‘wandelen’ alleen al fluisterden, kruipt ze nu rillend weg.
Een heus trauma liep ze op, met al dat vuurwerk.
Hondenpensions zetten muziek van Pavarotti aan, bij gebrek daaraan kozen wij op oudjaarsavond voor Prince. Doe eens gek, dachten we.
Geen juiste keuze, met twee man sterk moesten we het beestje onder de tweezitter vandaan trekken.
Ook vanochtend gaat het niet vlot. Met veel moeite krijg ik de riem bij haar om. Ik trek de hond de straat op en nog voordat we de overkant bereikt hebben klinkt er een luide knal. Normaal geen joch zo vroeg uit de veren, nu lopen ze uiterst wakker door de wijk met hun tas vol vuurwerkrestanten.
Voor mij zal het nooit te snappen zijn, dit typische mannending.
Net als carbidschieten. In mijn dorp een traditie als iemand gaat trouwen. Zo is ons huwelijk al 24 jaar vrij gebleven van kwade geesten en boze mannen omdat ik hen, inclusief de bruidegom, lang genoeg liet spelen met kruit en melkbussen.
De hond van mijn ouders wist toen ook niet waar hij het zoeken moest en tot lang na ons huwelijk bleef het beestje mijn man lelijk aankijken.
2017 is begonnen. We zijn nog een paar dagen vrij, en terwijl ik me bezorgd suf google om onze hond te genezen, mompelt mijn man dat het allemaal wel los zal lopen. Tijdens deze voetbalwinterstop zit hij aan de buis gekluisterd voor Van Gerwen-darten en Dakar-karten, het liefst zonder al te veel gezeur aan zijn kop.
En voordat ik ook van dit blijkbaar typische mannendingetje van alles kan gaan vinden, komt de hond kwispelend onder de bank vandaan om zich heerlijk bij haar relaxte baasje op schoot te nestelen.