Van 2015 tot juli 2020 schreef ik columns voor het Brabants Dagblad. Diverse van deze columns zijn terug te lezen op deze website.
Van 2015 tot juli 2020 schreef ik columns voor het Brabants Dagblad. Diverse van deze columns zijn terug te lezen op deze website.
Een dagje strand, stelt mijn man voor. Met temperaturen van 30 plus geen slechte keuze, zou je denken. Toch krijg ik het benauwd, want de bikini zal uit de mottenballen moeten.
Over het algemeen durf ik mezelf best dapper te noemen, maar je figuurlijk blootgeven is van een andere orde dan je figuur blootgeven.
‘Ik zie ze niet, die kilo’s’, mompelt mijn man, wanneer ik voor de zoveelste keer voor de spiegel sta te zuchten. ’Als ze al ergens zitten, dan toch echt tussen je oren’. Hij kijkt me voorzichtig aan, inschattend hoe zijn antwoord ontvangen wordt. Eerder probeerde hij al: ‘Ik kijk daar wel doorheen’, of ‘Je ziet er nog best goed uit…voor je leeftijd’. Genoeg om iets naar zijn hoofd geslingerd te krijgen en dagenlang mokkend stilzwijgen uit te lokken.
Sindsdien is hij voorzichtiger, en ook nu vlucht hij rap in het vullen van de koelbox.
Het dragen van badkleding is een ingewikkelde én politieke discussie geworden en doet mijn onnozel gezeur over een vetrolletje verbleken.
De Tilburgse Farida beschouwt het als een vorm van vrijheid, jezelf bedekken of juist niet. Dat is wat ze duidelijk wilde maken met haar boerkiniprotest op het Scheveningse strand. Een modetrend, die ik toevallig helemaal niet mooi vind. Net als mannen in kanariegele speedo’s, of topless vrouwen met tatoeages.
Mooi vind ik het wel dat dit alles in ons land kán en mág. En dat we de vrijheid hebben om te demonstreren, te protesteren en ons te irriteren. En wat ook mooi is?
Dat ik op dit Hollandse strand een vent naast me heb, die zich absoluut niet druk maakt of zijn vrouw in bikini, boerkini of Zeeuwse klederdracht zit.
Zolang zij maar haar eigen keuzes maakt, twijfelend of niet, en van een prachtige zomerdag geniet.